Hoezo, een bijbaan met perspectief?
De economische groei vraagt om geschoolde arbeidskrachten, met name in de groeisectoren, zoals Robotica, Blockchain en Fintech. Voor het eerst in jaren duikt de werkloosheid onder de 5%. Er ontstaan nieuwe beroepen door technologische ontwikkelingen. Iedereen strijdt om hetzelfde schaarse talent, en dat wordt alleen maar erger. In de ‘War for Talent’ vist iedereen in dezelfde vijver. De student is dus spekkoper.
Zou je denken.
Studenten vinden moeizaam passende stages, omdat ze de bedrijven waar ze later willen werken niet kennen. En werk na hun studie vinden ze ook niet even makkelijk, om dezelfde reden. Na hun studie vinden ze moeilijk werk door hun gebrek aan werkervaring.
Waarom werken dan nog steeds de meeste studenten in bijbanen ver onder hun niveau bij bedrijven waar ze nooit willen werken, althans, niet in die functies? Ruim 210 duizend scholieren (15-20 jaar) had in 2017 een bijbaan, dat is vier op de tien. Meestal als vakkenvuller of krantenbezorger.

Er is een kloof tussen de gevestigde bedrijven en het jonge talent. Ze hebben elkaar harder nodig dan ooit maar vinden elkaar niet gemakkelijk. Met een relevante bijbaan bouwen studenten tijdens hun studie een netwerk met bedrijven op die ze gaan helpen aan stages, alsook aan hun eerste baan.
En voor de bedrijven is dit eerder en beter toegang tot het nieuwe, jonge talent.